Ik werk in mijn eentje, maar nooit alleen. Omdat ik vandaag veel verschillende kleuren naaigaren gebruikte dacht ik aan hoeveel mensen er bij me in gedachte komen tijdens het werk. Maartje Jaquet vandaag. Jaren terug zei ze, over de naaimachine, dat ze draad inrijgen irritant vindt. Misschien inmiddels achterhaald. De zin in mijn hoofd niet. Gisteren en vandaag twee kleurrijke kieviten genaaid, veel garen wisselen en inrijgen. Ik doe het zo automatisch, en met gemak.
Bij werk keren denk ik aan Elzina Juffermans. Ze heeft het mij ooit geleerd. We gingen ooit eens kleding voor onze meiden maken, schoolreis outfits waarschijnlijk. Toen gaf ze een prima tip van het keren van je werk. Je naald in de stof te laten staan. Dat keert goed. Nou, ik keer mijn werk nogal eens. Dus denk ik ook vaak aan Elzina.
Als ik garen pak kom ik de mooie oude houten klosjes van mijn overleden tante Jo tegen. Dan is die in mijn gedachte tijdens het werk, lieve tante Jo. Zij deed ook veel met textiel. Ook mijn moeder, volle nicht van tante Jo. Als kind zat ik achter aan tafel te kijken hoe mijn moeder zat te naaien. Toen ik een jaar of vijftien was begon ik mijn eigen kleding te naaien. Daarna de bekleding van mijn eend en installaties op de Rietveld Academie.
Ik heb er wel eens over gelezen. Dat handwerken doorgeven aan je familie, kinderen, leerlingen, dierbaren een mooie bijkomstigheid heeft, dat je dan aan de persoon denkt tijdens die handwerk handelingen. Bij mij is dat echt zo. Verbonden met draad en naald.
Van de klaprozen in onze tuin blijf ik genieten. Helemaal nu er wat zon was vandaag.